Misdaadauteurs moeten voor hun thrillers steeds creatiever op zoek naar een plaats waar hun slachtoffers gevonden worden. De auteurs van dit boek hebben wel een heel originele locatie gevonden om het eerste lichaam te verbergen: onder de muziekkiosk in Diepenbeek, nabij Hasselt. Het lichaam is van een priester uit Muizen in Mechelen. Het tweede slachtoffer behoort ook tot de kerkelijke leefwereld; het is namelijk de deken van Hasselt. In de Sint-Quintinuskathedraal wordt hij, vastgebonden op een stoel, teruggevonden. Hoofdinspecteur Kareem Zeiz wordt op deze zaak gezet. Het lijkt alsof de Hasseltse hoofdinspecteur hierdoor de zwarte piet doorgeschoven krijgt. Niemand anders binnen het korps wil het onderzoek op zich nemen.
Maatschappelijk problemen verwerken in een thriller is niet nieuw. Maar in dit boek worden ze fijntjes meegegeven, zodat je als lezer er soms ongemerkt aan voorbij gaat. Zo wordt de problematiek van de asielzoekers verwerkt in de relatie tussen de hoofdrolspeler Zeiz en zijn, illegaal in het land verblijvende, vriendin Pema Darjeen. De botsingen tussen culturen worden dan weer verwoord tussen personages van Tunesische en Vlaamse afkomst. Zeiz zelf is van half-Tunesische, half-Vlaamse afkomst. Zoals zoveel inwijkelingen voelt hij zich nergens écht thuis.
De mayonaisemoorden, het eerste boek van met hoofdinspecteur Zeiz, werd genomineerd voor De Diamanten Kogel. Ik ben benieuwd naar het derde boek in de reeks. Is Zeiz dan nog steeds zo’n eikel ten opzichte van zijn vriendin en zijn vader? Blijft hij ’s morgens zijn cappuccino drinken in het stationsbuffet van Hasselt? …
Ondertitel: Een Kareem Zeiz thriller