Wanneer in Boston een dode jonge vrouw wordt gevonden, liggend op haar bed in haar appartement met haar oogbollen in haar handen, weten politiemensen Mauro Isles en Jane Rizzoli absoluut niet waar ze moeten zoeken. Een tweede moord zou al een verband kunnen suggereren, maar het blijft moeilijk. Een (verliefde) priester helpt hen de richting te vinden waarin moet worden gezocht.
Nog meer moorden verduidelijken het patroon dat de moordenaar volgt, maar naar een motief blijft het gissen. Het moet gezegd, de moordenaar hanteert wel een bijzonder origineel patroon, waarbij de werkwijze bij iedere moord erg verschillend is, op een detail na. Meer speurwerk in de wijde omgeving van Boston leert dat de moordenaar voorheen ook al toegeslagen had, maar bij een alleenstaande moord is het moeilijk om een patroon te ontdekken.
Zonder twijfel is dit een van de beste thrillers die ik de laatste maanden las. Tess Gerritsen bedacht niet alleen een origineel moordpatroon, ze slaagt er ook in de spanning tot op het einde vol te houden, zonder de lezer een moment van "ont-spanning" te gunnen.