Een machinist rijdt aan een gezapig tempo over een lokale spoorlijn langsheen de Baskische kust. Het uitzicht is werkelijk schitterend; niet verbazingwekkend, want dit is een van de mooiste trajecten van de Spaanse spoorwegen. De man is in een goede stemming want in zijn wereld lijkt alles weer koek en ei. Plots ziet hij iets bewegen voor zich. Mogelijk aarzelde hij een fractie van een seconde, maar een trein tot stilstand brengen op deze afstand is compleet onmogelijk. Toch doet hij meer dan zijn extreme best, want hij herkent haar.
Bij het verhakkelde lijk van zijn vrouw, nog deels vastgebonden op de sporen, ligt een ongeschonden tulp van een bijzondere kleur en schoonheid. Die bijzondere tulp is zowat het enige wat de Baskische politie heeft als "spoor". Heel even wordt de machinist verdacht, maar die zat uiteindelijk toch op zijn eigen trein die aan een gezapige snelheid door een landschap tufte dat kort voordien nog zo compleet vredig leek.
De lokale politie doet beroep op versterking van hogerhand. Die komt er onder leiding van inspecteur Ane Cestero en enkele manschappen. Dat de inspecteur, voorzien van wat tattoos, in haar vrije tijd ook nog muziek actief is met enkele vriendinnen doet niets af aan haar bekwaamheden, maar remt misschien wel het verhaal. Als lezer wil je toch dat een moord degelijk wordt opgelost? Alleen, er volgen nog wel meer moorden. En telkens zijn er een of meer van die heel aparte tulpen op de plaats delict. Ze lijken trouwens nergens te koop. Zelf telen dan maar?