Het is nog niet zo gek lang geleden dat we met zijn allen de term biodiversiteit in de mond begonnen te nemen. Maar biodiversiteit is er natuurlijk al sinds de natuur zich begon te ontwikkelen, zoveel miljoenen jaren geleden. In deze boeiende uitgave blikken de auteurs terug op de ontwikkeling van de biodiversiteit tijdens de voorbije zowat tienduizend jaar. Hoe verder terug in de tijd hoe minder duidelijk het inzicht, maar tienduizend jaar is alvast een behoorlijke hap om inzicht te verwerven.
Een uitermate brede waaier aan onderwerpen komt aan bod; van de veranderingen in het weidelandschap over de aanwezigheid van de "blance coe', naar de tureluur en de kamvaren. De ontwikkelingen en veranderingen in de biodiversiteit zou men enigszins oneerbiedig (t.o.v) de natuur, kunnen vergelijken met Belgische regeringsonderhandelingen. Daar is immers ook altijd "alles aan alles gekoppeld". In de natuur heeft het verdwijnen of opkomen van een of andere soort immers ook gevolgen voor zoveel andere soorten; een trage kettingreactie als het ware.
Vragen over het hoe en waarom over verschijnen of verdwijnen van soorten worden hier duidelijk toegelicht. Tegelijkertijd roept lezing vragen op bij pogingen om "het landschap te herstellen in zijn vroegere toestand". Wanneer was "vroeger" eigenlijk?
Ondertitel: "De ontwikkeling van de biodiversiteit in Nederland van ijstijd tot 21ste eeuw".