Goede wijn
verdient geen krans. Zo luidt het
gezegde. Zo ook met dit boek. Sinds het de eerste maal gedrukt werd is dit werk
aan zijn zesde druk toe. In niet minder dan 14 talen is het uitgebracht. Dus de kans is reëel dat je op één van je
reizen in het buitenland een toerist ontmoet die deze uitgave op zak heeft. Sinds
1954, het jaar dat de eerste Nederlandstalige versie van de Europese Vogelgids
van Petterson werd uitgebracht is er een grote toename van ‘ornithologische’
kennis. Dankzij nieuwe technieken, het
internet en nieuwe ontwikkelingen is er een bijna constante aanvoer van
informatie over de taxonomie, het voorkomen en de veldkenmerken.
De lezer
van het eerste uur zal merken dat de volgorde van de families, vooraan in het
boek, veranderd is. Het inzicht dat zwanen, ganzen en eenden verwant zijn aan
hoenders en omdat zij hierdoor behoren tot de oudste Europese vogelgroep maakt
dat deze als eerste worden genoemd in de opsommingslijst. Daarna volgen de duikers, de futen, de
zeevogels enzovoort. De toegenomen kennis van vogelherkenning uit zich ook bij
een aantal groepen zoals de duiven, de lijsters, de zangers en de klauwieren.
Zij krijgen letterlijk meer ruimte ten opzichte van de vorige edities waarin ze
zeer compact afgebeeld werden. De terminologie en de gebruikte symbolen maken
dit werk extra toegankelijk zowel voor de beginnende als de meer ervaren
vogelaar.
In dit
boek worden meer dan 770 vogelsoorten beschreven inclusief een zestigtal
dwaalgasten. Het zijn vogelsoorten die
broeden of regelmatig voorkomen in Europa, Noord-Afrika en een deel van het
Midden-Oosten. Het oosten van Europa wordt afgebakend door het Oeralgebergte,
de Oeralrivier en de Kaspische Zee. Deze
uitgave is makkelijk te raadplegen. Op
de linker bladzijde vind je al de nodige informatie in tekstvorm en op de
rechter bladzijde vind je verschillende afbeeldingen van de vogelsoort zoals
een adult en juveniel in zomer- en winterkleed en het profiel in de vlucht. Je
leert over de grootte, de broedtijd, de broedplaats, de herkenning van de
vleugels en verenpatroon, het voorkomen in Nederland en België, het geluid en
de taxonomie. Op de verspreidingskaarten
zie je de belangrijkste trekrichting en broed- en wintergebieden.
De meer
dan 4.000 tekeningen zijn een troef voor de snelle herkenning.
Deze prima
vogelgids hoort tot de basisuitrusting van een vogelliefhebber.