In dit boek neemt de auteur ons mee op een fascinerende reis langs de Indonesische eilanden. Niet enkel fascinerend door de overweldigende natuur maar ook door de geschiedenis van de ontdekkingsreizen van zijn illustere voorgangers zoals Alfred Russel Wallace. Inspiratie voor deze reizen vond hij in het inmiddels klassiek geworden boek van Wallace “Het Maleise eilandenrijk”. Steun en advies kreeg hij van de Britse reisschrijver en onderzoeker Redmond O’Hanlon. Het gegeven was hem bekend, in 2011 verscheen eveneens bij Atlas Contact zijn boek ‘Darwin, Wallace en de anderen’.
Reeuwijk ging Wallace achterna die, in het midden van de negentiende eeuw, acht jaar over de eilanden van Indonesië reisde op zoek naar nieuwe diersoorten. Het was Wallace opgevallen dat de dierenwereld in het westen van de archipel er heel anders uitzag dan in het oosten. Deze observaties vormden de basis voor zijn biogeografie, een leer die bestudeert hoe dieren en planten zich verspreiden over de wereld, begrensd door denkbeeldige lijnen, zoals de Wallacelijn tussen Bali en Lombok, en Borneo en Sulawesi.
Om een beter inzicht op de biogeografische verschijnselen te krijgen reisde Reeuwijk anderhalve eeuw na Wallace met een tas vol boeken, een verrekijker en de laatste wetenschappelijke inzichten dwars door Indonesië. Samen met onderzoekers, natuurbeschermers, jagers en stropers bezocht hij verschillende jungles, wouden en andere natuurlocaties. Het resultaat is een persoonlijk verhaal over de schoonheid en kwetsbaarheid van de natuur in Indonesië in de eenentwintigste eeuw.
Het boek is geïllustreerd met puntgave tekeningen en kaarten van Ria Winters.