In dit boek neemt de auteur, Albert Beintema, ons mee op zoek naar bijzondere eilanden. Zijn queeste bracht hem over de ganse wereld van de Noord- tot de Zuidpool, naar exotische bestemmingen maar ook dicht bij huis naar de eilanden voor de Nederlandse kust. In totaal komen er meer dan 90 eilanden aan bod. Hij beschrijft de natuur, met vaak unieke planten en diersoorten. Vooral de endemische vogelsoorten genieten zijn aandacht. Een logisch gevolg van zijn studie biologie in Groningen en zijn onderzoek naar weide-, water- en moerasvogels in Nederland en Afrika. Verder verdiept hij zich in de soms bizarre geschiedenissen en verhalen die de eilanden rijk zijn.
Het verschil met andere nesofielen, zoals Boudewijn Büch, is dat Beintema niet enkel de eilanden met een landingsstrip voor vliegtuigjes bereist maar veeleer de afgelegen eilanden per boot bezoekt. Hij had het voordeel dat hij na zijn pensionering als gids en lecturer aan boord van relatief kleine cruiseschepen op eilanden kon komen die anders onbereikbaar waren.
De eilanden zijn alfabetisch gerangschikt, je vindt ze terug in een handige lijst vooraan in het boek gevolgd door een aantal kaartjes met de locaties van de besproken eilanden. Wat vooral opvalt is de boeiende schrijfstijl van de auteur, samen met een portie humor is het boek, met zijn toch wat eenzijdig onderwerp, aangenaam om te lezen.