In dit omvangrijke boek neemt Paul Theroux ons uitzonderlijk mee naar het zuiden van de Verenigde Staten. Uitzonderlijk omdat hij – als Amerikaan – meestal rondreisde en schreef in andere landen in Europa, Afrika of Azië. Niettegenstaande hij in Amerika blijft beschrijft hij zijn tochten alsof hij in een vreemd land rondreist. Hij gaat op zoek naar de geheimen van het gebied en de ziel van de zuidelijke geschiedenis.
“Het diepe Zuiden” brengt je niet van A naar B zoals de courante reisboeken. Deze zijn meestal
gebaseerd op een tocht waarin de reiziger plaatsen voor het eerst opzoekt, daar een levendige beschrijving van geeft, waarna hij verder trekt en niet meer terugkeert. In dit boek reist de auteur driemaal van zijn woonplaats in Cape Cod naar het zuiden en bezoekt hij dezelfde plaatsen en mensen. Hierdoor krijg je een indringend en waarheidsgetrouw verslag van de levensomstandigheden in het zuiden. Racisme, economische en sociale achterstand van de zwarte bevolking maar ook gastvrijheid, mooie landschappen zijn begrippen die meermaals aan bod komen. Hij woont kerkdiensten bij, gaat naar wapenshows en bezoekt boerderijen die nog steeds plantages worden genoemd. Tussen de reisepisodes krijg je stukjes literatuurgeschiedenis met verwijzingen naar schrijvers die wonen of afkomstig zijn uit het zuiden zoals Erskin Caldwell, Mark Twain, James Fenimore Cooper en anderen. Aan William Faulkner heeft hij zelfs een volledig hoofdstuk gewijd.
In het middenkatern vindt je foto’s van Steve McCurry. Een verantwoording hiervan is achteraan in
het boek opgenomen.
Paul Theroux (1941) is een geboren en getogen reisschrijver. Hij wordt algemeen bestempeld als een
monument van de reisliteratuur.