"Van tornos tot toerisme" geeft een visie weer over het ontstaan en de evolutie van het toerisme. Inderdaad, een visie, want de geschiedenis van het toerisme is geen exacte wetenschap en dat geeft de auteur duidelijk aan. Er zijn immers nogal wat discussies over de periode waarin toerisme is ontstaan. Om zijn visie te verdedigen gaat hij stapsgewijs tewerk: van waar komt het woord toerisme en hoe komt hij dan aan tornos? Wat is de definitie van toerisme en hoe ver moeten we in de tijd teruggaan? Daarvoor moeten we terug naar de oudheid en de Grieken, 776 voor Christus om precies te zijn, de datum van het ontstaan van de Olympische Spelen.
De auteur is Karel De Meulemeester, een fenomeen in de Belgische reiswereld, die zich liet bijstaan door andere specialisten van diverse disciplines. De passie om zijn stelling te verdedigen druipt figuurlijk van het boek af. Hij weet je probleemloos te overtuigen want achter iedere alinea tekst schuilt heel wat opzoekingswerk en grote deskundigheid. Na die passionele inleiding kom je dan terecht in de Griekse oudheid, gelukkig heb je hier weinig voorkennis nodig, om vervolgens het ontstaan van het toerisme te vinden in de Olympische Spelen. Zowel de tornos als de organisatie en evolutie van de spelen komen aan bod.
Dan is het de beurt aan de Romeinen. Zij bouwden immers heel wat wegen, naar schatting 80.000 km. Hun heirbanen hadden drie functies: transport van militairen, handel drijven en reizen. Lange afstanden afleggen betekende ook ergens logies vinden, zo krijg je een beeld van de eerste 'hotels'. In een volgende deel reizen we van de 16de naar de 19de eeuw. De auteur gooit het nu over een andere boeg en schetst je de manier van reizen in die periode met vier figuren. Een echt leuk hoofdstuk om te lezen. Het laatste deel is opnieuw zware lektuur maar zeer belanrijk. Dat schetst immers het toerisme van vandaag aan de hand van de mondiale ethische code van de UNWTO. De auteur legt dan die code virtueel voor aan de eerste toeristen van meer dan 2000 jaar geleden. En zo krijg je het ultieme bewijs dat zijn visie op het ontstaan van het toerisme terecht is.