Hoe zag het leven eruit in
een 15-eeuws klooster? Op welke manier
vulden de zusters hun dagen in een kleine, van de buitenwereld afgesloten,
gemeenschap? De stad Maaseik geeft via
het personage van Livina van Eyck, dochter van Jan Van Eyck, een inkijk in het leven tussen (adellijke) begijnen. Filips de Goede zorgde voor de rijkelijke
bruidsschat van Livina Van Eyck. Deze
schenking, acht jaar na de dood van de beroemde schilder, toont het belang aan
van de relatie tussen de Bourgondische Hertog en de familie Van Eyck.
Aan de hand van belangrijk
en goed bewaarde documenten wordt het leven van de begijnen terug
samengesteld. Een soort reenactment maar
dan in boekvorm. Graaf van Loon, Arnold IV stichtte samen met zijn vrouw,
Johanna van Chiny het begijnhof in 1265.
Het werd gebouwd in de toenmalige parochie Eike. De enige gelofte die de
begijnen moesten afleggen was deze van kuisheid. Maar het harde kloosterleven verlangde ook
gehoorzaamheid en het naleven van de leefregels. De wereldse gewoonten moesten afgeleerd worden
en bekoringen verbannen. In de plaats werden de juiste gedragscodes aangeleerd
om te kunnen functioneren in de gemeenschap. De dagen gleden voorbij op het
ritme van de getijden. Contemplatie en mystiek waren de ordewoorden. Contact
met de buitenwereld was zo goed als onbestaande. Het ultieme doel was de persoonlijke
spirituele beleving na het maken van een lange spirituele reis.
Je kan het boek bestellen via
toerisme.maaseik@maaseik.be
Het verhaal van Livina Van
Eyck wordt verlicht met archiefstukken en voorwerpen van het
Agnetenklooster. Aan dit boek werkten
mee: het Ruusbroecgenootschap, de KU Leuven, de Radboud Universiteit Nijmegen
en het KMKG in Brussel.
Een boeiend werk dat gerealiseerd
werd door de stad Maaseik.
Ondertitel: Devote agneten in de 15e eeuw