‘Hasselt hoofdstad van de
Smaak’ is de officiële slogan van Hasselt, provinciehoofdstad van Limburg. Maar de slogan had net zo goed ‘Hasselt
caféstad’ kunnen zijn. Want nog geen
eeuw geleden telde Hasselt meer van driehonderd (!) cafés. Heel wat inwoners baatten hun café uit in de
‘beste’ kamer van het huis. Er stond een
kleine toog en verder enkele tafels en stoelen.
En dat was het! Deze ‘bijverdienste’
werd dikwijls door moeder de vrouw uitgeoefend, terwijl de man deze huizes
elders de kost verdiende. Het aantal
cafés is met de jaren sterk gereduceerd.
De bruine cafés zijn het sterkst gedaald in aantal. Maar diegenen die overblijven, zijn gekend
voor hun sfeer, hun couleur locale en hun sterke verhalen aan de toog. Menige ruzies, problemen en misverstanden
zijn opgelost tussen pot en pint. Opvallend is dat vooral de bruine cafés
bezocht worden door personen vanuit alle lagen van de bevolking. Deze mix maakt een cafébezoek des te
boeiender. Zelfs een aantal plaatselijke ambtenaren hebben zo’n
‘vergaderlokaal’ buiten de kantoormuren en -uren.
In deel drie van de
Hasseltse cafés neemt de schrijver je mee op een aangename kroegentocht. Je
passeert in De Zure Janssens, geniet van een pint in De Vogelsanck, speelt een
potje snooker in De Happy Snooker en loopt voorbij De Scherpesteen waar Maria
de Medici en paus Alexander VII ooit verbleven.
Café Café in de Meldertstraat is nog steeds in trek bij het
‘alternatieve’ publiek. Ook én misschien
vooral in de deelgemeenten Kuringen en Godsheide speelt het sociale leven zich
nog grotendeels af in de gezellige cafés, in de schaduw van de kerktorens.
Terrasjesweer of niet …
aan de toog zijn nog altijd de interessantste en sappigste verhalen te
beluisteren!