Achter
deze wat vreemde titel schuilt een “schat” van een boek. “Schat” in de zin van
een enorme hoeveelheid aan merkwaardige feiten en fantastische fabels uit de
geschiedenis. Het staat bol van “petites histoires” die het leven van toen en
nu zo boeiend maken. Heel wat woorden en
uitdrukkingen die we vandaag gebruiken vinden hun oorsprong in het verleden,
zoals freelancer, haar op de tanden, cockpit, bistro, een zaak aanhangig maken,
hocus pocus … alleen … is de betekenis soms veranderd. Sprookjes bevatten soms
heldenverhalen uit de oudheid zoals in het verhaal van Doornroosje. ‘Het muiltje passen’ in Assepoester is ook
afkomstig van een oud gebruik.
Eén grote
ontdekkingsreis. Dat is de samenvatting
van dit uitstekende boek. Weet jij net
als ik weinig of niets over de legendes van Wilgefortis, de eenhoorn of de
Vliegende Hollander? Geen erg. In deze
uitgave vind je hier een antwoord op.
Verrassend zijn ook de verhalen achter de volksliedjes van de Vier Weverkes,
Daar kwam een boer uit Zwitserland en Een-twee-drie-vier, hoedje van papier. Verder lees je over het lot van de castraten,
vraag je je af of Michelangelo inderdaad een ‘vies manneke’ was en weet je
opeens wat een vijgengebaar is.
Lode Melis
is autodidact. Zijn interesse gaat uit
naar de ‘petite histoire’ of met andere woorden ‘de geschiedenis langs de
achterdeur’.
Het
verhaal achter de titel van dit boek? Dat moet je zelf lezen … J
Geschiedenis
is plezant. Dankzij deze schrijver en
zijn “schat” van een boek.