De auteur wil vooral het ontstaan van de landbouw in de Lage Landen naspeuren, maar om dat doel te bereiken, kan hij niet anders dan ons meenemen op een lange reis door ruimte en tijd. Zowat tienduizend jaar geleden schakelden mensen in het Nabije Oosten geleidelijk om van een bestaan van jager-verzamelaar naar een meer sedentair leven van landbouwer. Behalve op de vragen naar het waar en wanneer zoekt Louis Beyens ook antwoorden op hoe en waarom. Dit boek voert ons mee op een boeiende tocht langs beeldjes van moedergodinnen, resten van al dan niet gedomesticeerde planten en dieren, de oudste dorpen die naam waardig, begrafenisrites, vormen van taakverdeling en specialistaie, enz ... Tegelijkertijd maakt de lezer kennis met de onderzoekstechnieken die archeologen leiden naar conclusies over gebeurtenissen in de eerder recente prehistorie. De auteur, hoogleraar biologie, verhaalt over onderzoek van zijn collega's wetenschappers, maar laat ook wel eens een anonieme bron aan het woord en dat laatste stoort wel wat. De menselijke geschiedenis bekeken vanuit het standpunt van de landbouw levert een erg interessant verhaal op dat de auteur voortreffelijk weet te verwoorden, zonder af te glijden naar al te veel gebruik van wetenschappelijk jargon.
Ondertitel: Het ontstaan van de landbouw. Afmetingen: 13,5 x 21 cm.