De derde
bokkenrijdersvervolging in 1771 tot 1777 was zeer gewelddadig, zo blijkt uit
het onderzoek van François van Gehuchten.
Vanuit ‘Brussel’ kwamen overheidsresoluties die de procesgang moest
verbeteren en zorgen voor minder vervolgingen.
‘Den Haag’ ondernam pas anderhalf jaar later stappen om de vervolgingen
te minderen. Hierdoor werden in de
Noordelijke Nederlanden, onder tortuur, heel wat onschuldigen ter dood
gebracht. Een van de donkerste periodes
uit de rechtsgeschiedenis van Nederlands-Limburg koesterde het waanidee dat
deze bendeleden een verbond hadden gesloten met de duivel.
Waren de brave
veroordeelde Limburgers écht veranderd in bokkenrijders? Pleegden hardwerkende arbeiders werkelijk
roofovervallen? Waarom werd de tortuur
zo veelvuldig toegepast? Dit boek
vertelt over de toegeschreven middelen en de vervolgingen in ’s-Hertogenrade,
Heerlen, Beek, Klimmen, Gulpen, Margraten, Valkenburg en Overmaas. In een
bijlage is de lijst van de vervolgden opgenomen. Met het doornemen van deze enorm lange
namenlijst word ik stil … 472 Limburgers die verdacht zijn van bendevorming en
duivelsaanbidding worden terechtgesteld. Honderden anderen worden beschuldigd
van medeplichtigheid en nog eens een duizendtal zijn beschuldigd als
bendelid. De gerechtelijke dwalingen in
Nederlands-Limburg zijn van een ongeziene omvang!
De mythen en sagen van de
bokkenrijders worden in deze interessante studie doorprikt. Dit is een boeiend onderzoek naar een
treurige periode in Nederlands-Limburg.
Deel I over de
bokkenrijders verscheen in 2013. Het
handelt over twee bokkenrijdersprocessen in Overmaas in 1743-1745 en 1749-1751.
Ondertitel: De derde en grootste bokkenrijdersvervolging 1770-1778