Kopenhagen is om meerdere redenen een bezoek waard. Lekker eten, zowel hoogstaand culinair als gezapig langs de straat, is een bijzondere uiting daarvan. Haar imago van even een bar binnenwippen en haring met een borrel te verorberen dateert als het ware uit de prehistorie van de Kopenhaagse gastronomie. En nu we vernemen dat de Denen helemaal niet van plan zijn om Groenland aan Trump te verkopen is mijn geloof in het nationale eergevoel van het land nog gegroeid. Want geef toe, om een eigen gastronomie op te bouwen en overeind te houden heb je best wat eergevoel nodig, naast creativiteit en gevoel voor smaken.
Tussen een gezond ontbijt, de lunch, een lekkere koffie en het diner brengen de auteurs van deze uitgave ook nog een bezoek aan rokerijen. Zowel vis als vlees staan daar op het menu. Ook voor drank en tussendoortjes is er ruimte en tijd. Een beetje verrassend is dat varkenswangen (met bier) ook al doorgedrongen zijn tot in Denemarken; in het hoofdstuk over drankjes bovendien. Ik vroeg me eerder al eens af hoe volumineus die wangen wel niet moeten zijn, gezien de trend om ze steeds vaker te gebruiken als wat duurdere vervanger van stoofvlees.
Behalve dat er daarnaast in Kopenhagen ook speciale "gelegenheiden" zijn heb ik verder niets dan lof voor het culinaire aanbod van de Deense hoofdstad en de presentatie ervan in deze stijlvol geïllustreerde uitgave. Waarmee vang je de dag in Kopenhagen aan? Een ontbijt met een van de o zo lekkere ochtendbroden, aangevuld met lokale kaas en vleeswaren. Hotdogs horen meestal niet meteen tot het ochtendritueel, maar hier leer je alvast dat er veel meer mogelijkheden zijn dan het saaie broodje dat bij ons geserveerd wordt.
Bij karnemelksoep heb ik weliswaar vragen, maar ik wil het best eens ondergaan. Ik kijk wel uit naar erwtentaart, in de oven gebakken zalm en naar mosselen met ui en boerenkool. Laat je verrassen: Kopenhagen is lekker!