Roadbook Toerismemanagement is een dikke turf van meer dan 500 pagina's over de toeristische sector in Vlaanderen. Hoe is de sector georganiseerd, hoe reizen de Belgen, soorten toerisme, nationale en internationale structuren, marketing en wetgeving. De auteur heeft de bedoeling één handboek te maken voor iemand die in de sector wil werken of reeds werkzaam is. Dat is natuurlijk niet eenvoudig, het is moeilijk om van alle markten thuis te zijn.
Op het einde van elk hoofdstuk staan de leerdoelstellingen, dus handig voor leerkrachten en docenten die dit boek willen gebruiken. Maar de teksten zijn moeilijk verteerbaar. Toerisme is een boeiende sector en dat kan ik hier niet in terugvinden. Praktijkvoorbeelden moeten hieraan wat verhelpen maar dat lukt niet altijd. Het is dus een naslagwerk met een zeer gedetailleerde inhoudstafel en een uitgebreid trefwoordenregister. Handig is de lijst met afkortingen en de vermelding naar websites waar je nog meer informatie kan ophalen.
Het is een illusie te denken dat iemand alles kent over toerisme. Deze sector bestaat uit enorm veel deelfacetten. Het is dus een risico om zoals de auteur het noemt 'een panoramisch boek' te schrijven voor het onderwijs en de sector. Statistieken vermelden is één ding, als lezer wil ik daar wat extra informatie over. Een voorbeeld: in de rubriek 'reisbeurzen' staat dat er steeds minder standhouders en bezoekers zijn. Geen woord over de oorzaken en ook geen vermelding dat nieuwe initiatieven rond fietsen en wandelen wel succesvol zijn. Hierbij denken we maar aan Velofollies en de Fiets- en Wandelbeurs. Tot nader order is fietsen en wandelen één van de meest beoefende vormen van toerisme.
De autocarsector zal graag de volgende zin lezen op pagina 339: 'De sector zit duidelijk in de lift, maar moet oppassen dat ze geen getto wordt voor senioren.'. De realiteit is dat de sector al meer dan tien jaar heeft te kampen met een dalende bezetting en overcapaciteit, dat staat in elk vaktijdschrift. Ze nemen allerlei initiatieven om jeudiger publiek aan te trekken en lanceren campagnes zoals 'Busfan'. Op pagina 338 krijg je in één alinea de reglementering van de rij- en rusttijden maar geen woord over de mede-verantwoordelijkheid van de reisorganisator. Nochtans zou dit de eerste zin moeten zijn van die alinea om de lezer te motiveren dat het niet alleen de verantwoordelijkheid is van de chauffeur!
Het zou beter geweest zijn moest de auteur dit 'panoramisch boek' hebben samengesteld met specialisten van de deelsectoren, nu hebben sommige sectoren het mogen nalezen, anderen totaal niet.