Tijdens zijn carrière als wielerjournalist kwam Bart Jungmann wel vaker in Luik, maar toen hij in pensioen ging vond hij het tijd om die bijzondere stad aan de Maas écht te ontdekken. Vanuit een gehuurde kamer in het stadscentrum wilde hij een halfjaar lang deze stad met haar eerder woelige verleden verkennen. Meestal deed hij dat met de fiets. Af en toe nam hij ook familie en vrienden uit Nederland op sleeptouw om hen te tonen wat er zoals te ontdekken viel in de stad van auteur Simenon, folkloristische figuur bij uitstek Tchantchès en de vermoorde André Cools.
Bart Jungmann heeft -zeer terecht- bijzonder veel oog voor de geneugten van de lokale horeca, want daar neemt hij niet alleen zijn Nederlandse gasten mee naartoe; hij spreekt er ook af met tal van vooraanstaande kenners van de stad die hem wegwijs maken in verleden en heden van de stad, maar ook beetje bij beetje de ziel van de lokale bevolking bloot leggen.
De gewezen wielerjournalist -inmiddels uitgegroeid tot liefhebber en kenner van La Cité Ardente- stelt tot zijn verrassing vast dat "de onverdraagzame politiek van extreemrechts" hier en elders in Wallonië geen poot aan de grond krijgt met dank aan de massamedia die hen totaal negeren. Massamedia in omliggende landen en regio's kunnen hier een belangrijke les leren. Tegelijkertijd merkt de auteur dat de Luikenaars veel aandacht en eerbied vertonen voor de verzetsstrijders die het tijdens WO 2 opnamen tegen extreemrechtse buren die met de nazi's mee heulden.
Anders dan sommige andere Nederlandse auteurs geeft Bart Jungmann blijk van een uitmuntende kennis van Luikse en Belgische toestanden. Dat hij de communistische PTB / PVDA slechts betitelt als "een militante versie van het socialisme" is hem vergeven want tenslotte schreef hij een zeer gedegen en prettig leesbare kennismaking met het uitermate bezoekenwaardige Luik.